De WLTP-testmethode is gebaseerd op het reële rijgedrag van automobilisten over de hele wereld. Aan de hand van deze gegevens zijn vier fasen met verschillende gemiddelde snelheden gedefinieerd:
- Laag - tot 56,5 km/u
- Gemiddeld – tot 76,6 km/u
- Hoog – tot 97,4
- Extra hoog – tot 131,3 km/u
Deze fasen simuleren de ritten in de stad, buiten de stad, op buitenwegen en op snelwegen. Bij elke fase wordt een realistische rijsituatie nagebootst door met verschillende intensiteit te accelereren, remmen, stoppen enz. De procedure houdt bovendien rekening met de specifieke standaarduitrusting van de desbetreffende auto die de stroomlijn, de rolweerstand en het gewicht van de auto beïnvloedt.